Nieuwsbrief juni/juli

Beste lezer,

We zouden een zomertempo moeten aanhouden, maar bij ons zijn het drukke tijden. Vandaar een korte nieuwsbrief voor de maanden juni en juli.



Wat een vreemd, pijnlijk beeld: Yoko Widodo die handen schudt met de gewelddadige kolonisator Poetin. Kennelijk is er voor de Indonesische president geen taboe op het – met veel bloedvergieten – bezetten en annexeren van vreemd grondgebied om een koloniaal rijk te vormen. Het zal in hun geval niet helpen, maar toch is het een goede zaak dat Aimé Césaires manifest Over het kolonialisme uit 1950 niet is vergeten; onlangs verscheen een Nederlandse vertaling, die bij ons met verve wordt besproken door Sander van der Horst.

Tegen het vergeten is ook het fenomeen stolpersteen bedacht; Carl Haarnack, voorzitter van de Anton de Kom Stichting, gaf een toespraak bij de plaatsing ervan bij het voormalige woonhuis van de schrijver van het legendarische Wij Slaven van Suriname, Herman Keppy maakte een paar fraaie foto’s.
Leren van het verleden blijft moeilijk; het is belangrijk niet te blijven hangen in het sentiment van herdenking en loze symboolpolitiek. Dus lezen die boeken, dames en heren politici, en nadenken over de implicaties voor onze eigen tijd! Voor excuses kopen we niks, solidariteit is van belang. Zowel Césaire als De Kom bracht dat in praktijk, zij bleven niet hangen in ressentiment maar probeerden te bouwen aan een gezamenlijke nieuwe wereld – De Kom heeft zijn strijd tegen de nazi’s met de dood moeten bekopen, vandaar de stolpersteen.
Voor het opmaken van de rekening van het recente Nederlands/Indonesische oorlogsverleden is het ODGOI-project opgetuigd. Melle van Maanen woog de kwaliteit van de publicatie Sporen van betekenis en noemt het treffend ‘een te zachte landing’; de studie moest een weerslag vormen van getuigenissen uit de periode van de onafhankelijkheidsoorlog, maar de uitkomst is mager en essentiële vragen blijven onbeantwoord.
Ronduit fout is de boodschap die nota bene een kinderboek over het recente Molukse verleden in Nederland uitdraagt, constateert Herman Keppy. Vooral het slot is stuitend: ‘Jij bent mijn held en de RMS komt! Morgen gaan we het samen vieren,’ zegt de hoofdpersoon tegen haar vader. Waar haalt de schrijfster, die zich nota bene liet adviseren door de Sophiahof, het vandaan?

Overigens bespreken wij ook graag boeken zonder morele opdracht erachter, gewoon uit interesse en ter vervollediging van het historische beeld. Obbe Norbruis bekeek een mooie uitgave over de architectuur van Richard Schoemaker (toevallig ook verzetsstrijder tijdens WO II), Siegfried Huigen las een historische studie naar de beoefening van wetenschap in Zuid-Afrika. Ook in de ongezonde context van koloniale samenlevingen kon weleens iets moois ontstaan, zoals vandaag de dag nog gewaardeerde gebouwen of medische vaardigheid – in het Kaapse Groote Schuur-ziekenhuis werd de eerste openhartoperatie ter wereld uitgevoerd en dat is nauwelijks bekend.

Nog even over solidariteit gesproken: wij ontvingen na de oproep in de vorige nieuwsbrief een aantal zeer gulle bijdragen aan het voortbestaan van Indies tijdschrift, maar houden ook nog hoop op een paar honderd potentiële tientjesleden. Als de overheid achterblijft, moeten we het zelf opknappen.

Hartelijke groet en een goede zomer gewenst!

Esther Wils
Share our website